Schrevelius, Theodorus (1572-1649)
31 maart 2010I. Biografie
Dirck Schrevel (Haarlem 25.7.1572 – ca.2.12.1649) was een zoon van de kistenmaker of schrijnwerker Cornelis Janszoon Schrevel en Maria Dircksdochter. In zijn vaderstad doorliep hij de Grote Latijnse School waar hij een leerling was van Cornelius Schonaeus, bij wie hij ook enkele jaren in huis woonde. Op 28.1.1591 liet hij zich als student in de letteren in Leiden immatriculeren Na drie jaren theologie te hebben gestudeerd, verdedigde hij op 1.10.1594 zijn Theses theologicae de magistratu. Omdat hij een carrière in het onderwijs ambieerde, wijdde hij zich hierna nog uitsluitend aan de “litterae humaniores”. Op 1.11.1592 was hij namelijk officieel aan de Triviale School van Leiden als preceptor aangesteld en in 1593 was hij daarvan zelfs de tweede ondermeester geworden. Deze functie bleef hij bekleden tot 1.5.1597, toen hij conrector werd van de Grote Latijnse School van Haarlem. Op 25.7.1599 trad hij te Alkmaar in het huwelijk met Maria van Teylingen die hem minstens zeven kinderen schonk. Op verzoek van Schonaeus nam hij in 1603 of 1604 de leiding van de Haarlemse Latijnse School op zich. Kort vóór 22.4.1607 werd hij tot ouderling benoemd in de nieuw samengestelde kerkenraad. Op 28.8.1607 werd hij tot vroedschap van Haarlem gekozen en daags daarna beëdigd. Op 23.6.1609 werd hij als opvolger van Schonaeus aangewezen en op 25.7.1609 als rector ingehuldigd.Toen prins Maurits op 25.10.1618 in Haarlem de wet verzette,werd Schrevelius als vroedschap de laan uitgestuurd. In 1620 werd hij, op verdenking van onzuiverheid in de leer, ook als rector ontslagen en gesommeerd Haarlem te verlaten. Hij vestigde hij zich in Leiden waar hij privé-onderwijs ging geven aan jongelui van goeden huize, die voor een deel met hem uit Haarlem waren meegekomen. Op 8.1.1625 namen de burgemeesters en regeerders van Leiden hem aan om vanaf 1.2.1625 het rectoraat van de Leidse Grote School te bekleden. Na enkele contractverlengingen besloot het gerecht om hem per 1.5.1642, conform zijn wens, van het rectoraat te ontheffen. Schrevelius keerde terug naar Haarlem waar hij zich enkele jaren later opwierp tot geschiedschrijver van zijn geboortestad, eerst in het Latijn en kort daarna in het Nederlands. In december 1649 overleed hij in zijn huis op de Oude Gracht te Haarlem, waarna hij werd begraven in de Brouwerskapel van de Grote Kerk van zijn geboortestad. Zijn echtgenote overleed in hetzelfde huis vóór 29.4.1653. Schrevelius’ lijfspreuk, ontleend aan Sophocles’ Aiax, luidde: “?????? ????? ????” (‘Geschenken van vijanden brengen ongeluk’).
II. Geschriften
Schrevelius’ oeuvre omvat poëzie, een schoolgrammatica, werken over de lijdzaamheid en over het schoolwezen, en een stadsgeschiedenis. Zijn eerste schreden op het pad der Muzen behelzen gelegenheidsgedichten en dateren uit zijn eerste Leidse periode.Als conrector publiceerde hij in 1598 zijn Trophaeum Pelusiacum. De keuze van de stof is illustratief voor de historische interesse die hij altijd voor de geschiedenis van zijn geboortestad aan de dag heeft gelegd. Op zijn oude dag culmineerde deze in de uitgave van zijn Harlemum (1647) en Harlemias (1648).Van zijn zorg voor het onderwijs getuigen,behalve een Griekse spraakkunst,vooral zijn oraties en verhandelingen over het schoolwezen onder de titel Diatribae scholasticae (1626 en 1643).Tekenend hiervoor en voor zijn kennis van het Grieks is ook de uitgave van de Stateneditie van drie boeken van Homerus’ Ilias in 1636.Van zijn poëzie mag nog apart genoemd worden zijn vertaling van Ovidius’ treurzangen (Tristium 1612), het Carmen eucharisticum van 1630 en de Leidensis ecclesiae prosopopoea eucharistica van 1636.
III.Werken
voor een gedetailleerde beschrijving van Schrevelius’gedrukte werken,zie H.van de Venne, Sol et sal vitae amicitia. Het album amicorum van Theodorus Schrevelius 1597-1602. Met een overzicht van zijn leven en werken,Amersfoort 2008, 313-326
IV. Literatuur
BHAPB 1988; H. van de Venne, Sol et sal vitae amicitia. Het album amicorum van Theodorus Schrevelius 1597-1602. Met een overzicht van zijn leven en werken,Amersfoort 2008
[H. van de Venne]
Citeerinstructie:
H. van de Venne,‘Theodorus Schrevelius’ in: Jan Bloemendal en Chris Heesakkers, eds., Bio-bibliografie van Nederlandse Humanisten. Digitale uitgave DWC/Huygens Instituut KNAW (Den Haag 2009). www.dwc.huygensinstituut.nl